De Betovering van Kerstavond
In de stilte van de winternacht,
Wanneer de wereld in dromen wacht,
Ligt er magie in de koude lucht,
Een glinstering van hoop, een warme zucht.
De sterren stralen als gouden licht,
Verlichten de straten, een prachtig gezicht,
Sneeuwvlokken dansen in een ballet zo fijn,
Elk huis omarmd door een gouden schijn.
De geur van speculaas en dennenboom,
Brengt samen met verhalen ons in één droom.
De klank van de klokken, zo helder en zuiver,
De harten verenigd in een warmebuiver.
Kinderen lachen, met ogen vol vreugd,
Hun dromen verpakt in een tijdloze deugd,
Met het uitpakken van gaven, de wonderen klein,
Voelt iedereen zich een beetje meer vrij.
De tafel gedekt met zorg en met liefde,
Een feestmaal dat ons samen verbinde,
Met gezangen en verhalen, een warme gloed,
Bij elke hap proeven we genegenheid en zoet.
En als de nacht zijn diepste geheimen onthult,
Verlies ik mezelf in de betovering die ons omhuldt,
De liefde die straalt, als een eeuwige vlam,
Op kerstavond, samen, heel dicht bij elkaar, man en vrouw.
Dus laten we samen deze magie beleven,
In het licht van kerst dat ons steeds zal verheven,
De betovering van kerstavond, zoet en puur,
Een moment van verbinding, van hoop en avontuur.